Ondernemen: deze nieuwe voordelen kan je toepassen voor jouw bedrijf dankzij wetswijziging
30 mei 2024
Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad maar de Kamer heeft onlangs een belangrijke stap gezet om kleine ondernemingen in België te ondersteunen door een wet te stemmen die de criteria waaraan een onderneming moet voldoen om als ‘klein’ te worden beschouwd wijzigt. Hierdoor worden meer ondernemingen als klein beschouwd en genieten ze van extra fiscale en sociale voordelen. All About Experts legt het uit in dit artikel.
Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad maar de Kamer heeft onlangs een belangrijke stap gezet om kleine ondernemingen in België te ondersteunen door een wet te stemmen die de criteria waaraan een onderneming moet voldoen om als ‘klein’ te worden beschouwd wijzigt.
Er was al een wijziging geweest op datum van 25 juli 2022, waarbij ook verenigingen, inrichtingen en instellingen ook aan de kmo-definitie konden voldoen, mits ze natuurlijk aan bepaalde voorwaarden voldoen. Een kleine vennootschap (kmo) werd als volgt gedefinieerd:
- Een vennootschap in de vennootschapsrechtelijke betekenis van het woord die op grond van artikel 1:24, §§ 1 tot 6, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen als kleine vennootschap wordt aangemerkt.
- Enigerlei vennootschap, vereniging (bv. een vzw), inrichting of instelling die niet onder de vennootschapsrechtelijke definitie valt, maar wel op overeenkomstige wijze aan de criteria in hetzelfde artikel voldoet. Dit geldt voor verenigingen, inrichtingen of instellingen die een onderneming exploiteren of winstgevende activiteiten uitvoeren en rechtspersoonlijkheid bezitten. Zelfs verenigingen, inrichtingen of instellingen naar buitenlands recht zonder rechtspersoonlijkheid kunnen onder bepaalde voorwaarden aan de definitie van vennootschap voldoen.
Huidige drempels
De criteria voor kmo’s omvatten onder andere:
- Jaargemiddelde van het aantal werknemers: maximaal 50
- Jaaromzet (exclusief btw): maximaal €9.000.000
- Balanstotaal: maximaal €4.500.000
Bij het overschrijden van slechts één drempel blijft de onderneming klein. Worden gedurende twee opeenvolgende boekjaren twee of drie drempels overschreden, dan verliest de vennootschap de kwalificatie van kleine onderneming in het daaropvolgende boekjaar. Een éénmalige overschrijding leidt dus niet per direct tot het verlies van het statuut van kleine vennootschap.
De nieuwe drempels
Dezelfde drempels worden aangehouden, alleen werden de bedragen aangepast rekening houdend met de inflatie en de economische groei. De nieuwe drempels zien er als volgt uit:
- Jaargemiddelde van het aantal werknemers: 50
- Jaaromzet, exclusief btw: 11.250.000 euro
- Balanstotaal: 6.000.000 euro
Welke effecten?
De impact van deze actualisatie is niet te onderschatten. Door deze verhoging kunnen terug meer ondernemingen meer aanspraak maken op de geldende gunstregimes voor ‘kleine’ vennootschappen.
De nieuwe drempelbedragen zouden van toepassing zijn op de boekjaren die starten op of na 1 januari 2024. Dit betekent dat voor vennootschappen die hun boekhouding per kalenderjaar voeren, de nieuwe criteria reeds van toepassing zijn op het lopende boekjaar.
Hoe berekenen?
Het principe van twee opeenvolgende boekjaren blijft gelden. Een kleine onderneming wordt groot (of omgekeerd ‘klein’) indien zij gedurende twee opeenvolgende boekjaren minstens twee criteria overschrijdt.
Hoe zal de berekening dan gebeuren? Stel:
Een vennootschap is in het boekjaar 2023 ‘groot’ volgens de oude drempelwaarden, maar volgende de nieuwe drempels ‘klein’. Zo een vennootschap zal pas klein worden in het daaropvolgende boekjaar 2026 (indien ze blijft voldoen aan de nieuwe voorwaarden natuurlijk). Dit is het principe van de uitgestelde werking.
Voordelen om ‘klein’ te zijn
Vennootschapsrechtelijk
‘Kleine’ vennootschappen hebben minder zware rapporteringsverplichtingen, namelijk
- Zij zijn niet verplicht om een commissaris aan te stellen (maar kunnen dit nog wel op vrijwillige basis doen)
- Zij moeten geen schriftelijk jaarverslag opstellen en publiceren als bijlage bij de jaarrekening (NBB)
- Zij kunnen een verkorte jaarrekening neerleggen en publiceren conform een verkort schema.
Fiscaal
- Basis-investeringsaftrek
- Verhoogde éénmalige investeringsaftrek voor investeringen in beveiliging en digitale vaste activa
- Verlaagd tarief 20% vennootschapsbelasting op de eerste 100.000 EURO winst
- Liquidatiereserves: enkel voor kleine vennootschappen in het jaar van aanleg
- Toepassing VVPRbis regeling: klein in jaar van oprichting en/of kapitaalsverhoging
- Taks shelter startende ondernemingen
- De verhoogde kostenaftrek in het kader van de invoering van de verplichte elektronische facturatie vanaf aanslagjaar 2025 tem aanslagjaar 2028
- De afschrijving van bijkomende kosten
- De aftrek van overgedragen fiscale verliezen
- De vermeerdering wegens onvoldoende voorafbetaling tijdens de eerste 3 boekjaren na oprichting
- De belastingvermindering voor investeringen in start-ups en scale-ups
- De vrijstelling van interesten van leningen verstrekt via crowdfundingplatformen.
- Geen beperking op de aftrek van overgedragen fiscale verliezen gedurende de eerste 4 jaren na oprichting
- Geen minimumbezoldigingsvoorwaarde te voldoen voor verlaagd tarief, gedurende de eerste 4 boekjaren van oprichting
- Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (0,12% ipv 0%)
- Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing van 10% voor startende ondernemingen jonger dan 4 jaar (20% voor microvennootschappen)
- de bij de aankoop komende kosten op investeringen vanaf 1.1.2020 (ongeacht aj): 100% als afschrijving ineens ten laste OF afschrijven volgens zelfde ritme als hoofdbestanddeel (uitzondering: bijkomende kosten m.b.t. personenwagen, auto dubbel gebruik en minibus : steeds volgens zelfde ritme als hoofdbestanddeel).
- 30% (45%ingeval micro vennootschap) belastingvermindering in de personenbelasting voor inbreng in geld in startende kleine vennootschap
- Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing op bezoldigingen toegekend aan wetenschappelijk personeel tewerkgesteld bij een ‘Young InnovativeCompany’
- Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing op bezoldigingen voor opleiding van werknemers (5 dagen opleiding op 75 kalenderdagen ipv10 dagen opleiding op 30 kalenderdagen
- 25% belastingvermindering in de PB voor inbreng in geld in groeibedrijf
- Vrijstelling van RV en PB op interesten op leningen toegestaan aan startende kleine vennootschap via crowdfundingplatform
Sociaal
Bepaalde vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing worden voorbehouden aan kmo’s. Andere vrijstellingen voorzien afwijkende, meer voordelige, toepassingsvoorwaarden voor deze vennootschappen.
- Structurele vrijstelling van het doorstorten van de bedrijfsvoorheffing van 0,12% (voor de profitsector) of 1,12% (voor de non-profitsector), berekend op het brutobedrag van de bezoldigingen vóór inhouding van de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen.
- Vrijstelling van doorstorting van 10% van de bedrijfsvoorheffing die ze inhouden op de toekende bezoldigingen aan hun werknemers. Om als startende onderneming aanzien te worden mag men als ten hoogste 48 maanden ingeschreven zijn in de KBO.
- Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijke onderzoekers waarbij voor kleine ondernemingen het percentage van de beperking opgetrokken wordt tot 50%.
- Vrijstelling voor opleidingen. Werkgevers die hun werknemers meer opleidingen laten volgen dan hetgeen wettelijk of reglementair is bepaald genieten een vrijstelling van 11,75% van het totaal van de belastbare bezoldigingen van alle werknemers samen die in aanmerking komen voor de vrijstelling. Één van de voorwaarden is dat de werknemers één of meerdere opleidingen hebben gevolgd, die in hun geheel een minimale duurtijd hebben van 76 uren gedurende een ononderbroken periode van 30 kalenderdagen. Wanneer evenwel de werkgever beantwoordt aan de kmo-definitie, wordt de minimale duurtijd van 76 uren gedurende een ononderbroken periode van 30 kalenderdagen vervangen door een minimale duurtijd van 38 uren gedurende een ononderbroken periode van 75 kalenderdagen.
Subsidies
Sommige subsidies en steunmaatregelen zijn specifiek voor kmo’s. Als je niet aan de kmo-definitie voldoet, kom je mogelijk niet in aanmerking voor bepaalde financiële ondersteuning.
Merk hierbij op dat de definitie van een kleine onderneming ruimer geïnterpreteerd wordt; omzet en balanstotaal mogen €10.000.000 bedragen. Deze drempels worden niet geïndexeerd.
Kanttekening
We hebben hier nu enkel de aanpassing van de groottecriteria voor kleine ondernemingen besproken, maar ook deze voor micro-ondernemingen, middelgrote en grote ondernemingen of groepen hebben in dezelfde wet een aanpassing gekend. Dit ook zo voor verenigingen en stichtingen. Voor alle volledigheid kan u deze onderaan terugvinden.
Besluit
Zoals altijd bestaan er uitzonderingen in bovenstaande principes. Daarom is het altijd nuttig om bij enige twijfel uw specifieke case voor te leggen aan specialisten terzake.
Vragen?
Gert Vanderlinden gert.vanderlinden@allaboutexperts.be Marialei 11 bus 5 |
Wijzigingen voor middelgrote en grote ondernemingen
HOOFDSTUK13. — Wijzigingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen
Afdeling 1. — Omzetting van gedelegeerde richtlijn (EU) 2023/2775 van de Commissie van 17oktober 2023 tot wijziging van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aanpassingen van de groottecriteria voor micro-ondernemingen, kleine, middelgrote en grote ondernemingen of groepen
Art. 147. In artikel 1:24, § 1, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het cijfer “9.000.000” wordt vervangen door het cijfer “11.250.000”; 2° het cijfer “4.500.000” wordt vervangen door het cijfer “6.000.000”.
Art. 148. In artikel 1:25, § 1, van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het cijfer “700.000” wordt vervangen door het cijfer “900.000”; 2° het cijfer “350.000” wordt vervangen door het cijfer “450.000”.”
Art. 149. In artikel 1:26, § 1, van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het cijfer “34.000.000” wordt vervangen door het cijfer “42.500.000”; 2° het cijfer “17.000.000” wordt vervangen door het cijfer “21.250.000
Afdeling 2. — Wijzigingen van de groottecriteria voor verenigingen en stichtingen
Art. 150. In artikel 3:47, § 2, van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het cijfer “334.500” wordt vervangen door het cijfer “391.000”; 2° het cijfer “1.337.000” wordt telkens vervangen door het cijfer “1.562.000”.”
Art. 151. In artikel 3:51, § 2, van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het cijfer “334.500” wordt vervangen door het cijfer “391.000”; 2° het cijfer “1.337.000” wordt telkens vervangen door het cijfer “1.562.000”.”